Gepubliceerd op

Ontdek de kunst van Antoni Tàpies

De tentoonstelling "Antoni Tàpies. De praktijk van de kunst" geeft een beeld van Tàpies’ noeste arbeid gedurende zijn lange carrière - ze overspant de hele tweede helft van de twintigste eeuw. De kunstenaar uit Barcelona experimenteerde voortdurend met de expressieve eigenschappen van materie en taal.

Zijn hele oeuvre is doordrongen van een reflectie over de betekenis van schilderkunst en voorstelling aan de hand van steeds weerkerende thema’s en objecten. Hij zag de schilderkunst niet meer als een neutraal, illusionistisch medium, maar als vormgeving van de materie op een opaak oppervlak. Dat vlak fungeert als een heuse muur waarop materie en vorm, taal en idee onlosmakelijk verbonden lijken maar toch onderscheiden blijven. Doordat Tàpies’ schilderijen het midden houden tussen objectualiteit, picturaliteit en schrift, zijn ze tegelijk narratief, tactiel en enigszins sculpturaal.

Op grond van zijn expressionistische kenmerken werd het werk van de Catalaanse kunstenaar door kunsthistorici in verband gebracht met de abstracte en de informele kunst van na de Tweede Wereldoorlog. Maar de geheel eigen manier waarop Tàpies de materie omzet in objectvormen, past niet bij de normalisering van spontane, gestuele penseelstreken die deze stromingen kenmerkt. Zijn nauwgezette onderzoek van de eigenschappen van het materiaal steunt op introspectie, structuurstrengheid, het schrift en de kwetsbaarheid van het vergankelijke en leidt tot het gebruik van een sober palet van aarde-, honing-, kalk- en houttinten.

Tot de jaren 1950 was Antoni Tàpies beïnvloed door de historische avant-gardes en door zijn banden met de groep Dau al Set [Zevenzijdige dobbelsteen]. De lange periode van materie-experimenten die daarna aanbrak, leverden hem internationale bekendheid op. In de jaren 1960 verkende hij de mogelijkheden van objectuele kunst en trad het politieke anti-Franco-engagement in zijn werken meer op de voorgrond. Na 1975, in de periode waarin Spanje overging naar de democratie en er in het land een nieuwe culturele realiteit ontstond, ging hij opnieuw dieper op de materie in, begon hij met vernis te werken en stond zijn benadering van de kunst onder invloed van de oosterse spiritualiteit. In de laatste twee decennia van zijn leven sloop er weemoed in zijn werk. Hij besefte dat zijn einde naderde. Dood en ziekte werden belangrijke thema’s.

Deze tentoonstelling draagt dezelfde titel als de eerste bundel essays van Tàpies (1970). Ze wordt georganiseerd omdat het dit jaar precies een eeuw geleden is dat Antoni Tàpies geboren werd. Werken die lange tijd verspreid waren, gaan hier met elkaar in dialoog. Tegelijk krijgen we opnieuw zicht op de plaats van zijn werk en zijn invloed in de recente kunstgeschiedenis.

Manuel Borja Villel, Curator