Remember to turn down the brightness and mute your phone.

Terug naar het evenement

Orchestre Français des Jeunes, Poska & Tharaud

10 Dec.'25
- 20:00

Henry Le Boeufzaal

Yan Maresz (°1966) 
Recto (2003) 

Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975) 
Concerto voor piano en orkest nr. 2, op. 102 (1957) 

  1. Allegro
  2. Andante
  3. Allegro 

Pauze

Nikolaï Rimski-Korsakov (1844-1908) 
Shéhérazade, symfonische suite, op. 35 (1888) 

Duur: ca. 95 min.

Veelzijdig tijdsgebruik 

Met Recto van de Franse componist Yan Maresz huldigt het Orchestre Français des Jeunes een nieuw principe: het biedt een componist(e) een residentie aan die gewijd is aan een van zijn of haar symfonische werken dat een heel seizoen lang gespeeld zal worden. Recto vereist een ritmische betrokkenheid van het orkest en getuigt van een orkestrale vindingrijkheid. Daarmee heeft het stuk de interesse gewekt van Kristiina Poska. 

Recto is de eerste beweging van D’une rive à l’autre, een monumentaal werk voor orkest en elektronica dat Maresz in opdracht van Les Ballets de Monte-Carlo heeft gecomponeerd. Het ballet ging in première in 2003 en berust op een complexe opbouw rond deze orkestrale partituur. (…) Recto bestaat uit twee delen, en verkent zo verschillende aspecten van het polyritmische kader waarop het stuk in z’n geheel rust. Dat is een techniek die me erg boeit, vanwege zowel de vormelijke organisatie als de specifieke ritmische energie. (…) Het ritmische zwaartepunt voelt nu eens pulserend aan en lijkt dan weer te zweven op een fantoompulsatie. Het verplaatst zich voortdurend naarmate de tijd uitzet of zich opeenpakt. Dat creëert een gevoel van evenwichtigheid/onevenwichtigheid dat ik inzet als vervanger van de klassieke tweedeling spanning/ontspanning. Ik ga aan de slag met het ritme en zo kan ik ook werken rond de perceptie van de muzikale tijd en zijn verschijningsvormen – van pulserend tot vloeiend, van het onregelmatige tot het zwevende – en op die manier een vorm tekenen.  

Yan Maresz  

De stilte doorbroken 

Onder Stalin dreigde Dmitri Sjostakovitsj meermaals op de zwarte lijst terecht te komen. Na diens dood viel dat lot evenwel heel wat minder “formalistische” en “antinationale” artiesten te beurt en kon de componist opgelucht ademhalen. Toch kende hij op het einde van de jaren 1950 geen productieve periode. In 1955 vertrouwde hij zijn oud-leerling Kara Karajev toe: “Mijn hoofd wil niet mee, en ik componeer niets.” Een paar maanden later deed hij er nog een schepje bovenop: “Ik heb al een hele tijd niets meer gecomponeerd. Ik word er terneergeslagen van. Strikt genomen heb ik sinds de Tiende symfonie niets meer gedaan.”  

Pas in 1959 kwam er met de compositie van Celloconcert nr. 1, dat aan Mstislav Rostropovitsj opgedragen was, een einde aan die compositorische crisis. De voorafgaande jaren waren evenwel niet volledig onvruchtbaar geweest, getuige de compositie van Pianoconcert nr. 2 en, kort daarna, van de vernieuwende en opvallende Elfde symfonie. Hij componeerde het pianoconcert voor zijn zoon Maksim die toen aan het Conservatorium van Moskou studeerde en er ook instond voor de eerste vertolking van het werk. Het verjaardagscadeautje kwam er een paar jaar na het Concertino voor twee piano's uit 1953 dat hij ook voor de jongeman had geschreven (voor zijn dochter Galina, die minder talent had en niet zo ijverig was, had hij in 1944-45 zijn Kinderalbum, op. 69 geschreven). 

Sjostakovitsj schreef dit Pianoconcerto nr. 2 uit vaderliefde, en op maat van de capaciteiten van de 19-jarige muzikant. Het is dan ook een bescheiden vormgegeven werk: het is relatief kort, geeft blijk van een ingetogen virtuositeit en blijft ver weg van het vuurwerk waarnaar in dit kader vaak wordt teruggegrepen. Toch is het helemaal niet zo dat het “op geen enkele artistieke waarde kan terugvallen”, zoals Sjostakovitsj kort na de voltooiing van het werk aan Edison Denisov schreef. Hij heeft het werk overigens meermaals opgevoerd, wat laat vermoeden dat hij het minder verafschuwde dan hij zelf wou toegeven. De aanpak van de componist, die van een opzettelijke eenvoud getuigt, vertoont een aantal gelijkenissen met de manier waarop zijn collega, de bekende pedagoog Kabalevski, zijn concerto’s voor piano en viool vormgaf. In elk geval veroverde de partituur algauw een plekje in het repertoire van de concertzalen, en dat is iets wat maar weinig andere concerto’s uit de tweede helft van de 20e eeuw gegeven was.  

De orkestrale intro met blaasinstrumenten tekent voor een vrolijke, kleine mars; de piano valt in alle eenvoud in, met de twee handen die de octaven voor hun rekening nemen. Enkele indrukwekkendere, hardere passages met bittere klanken die typisch zijn voor Sjostakovitsj, zetten het vervolg van de beweging kracht bij, en dat mondt uit in een cadens waarin de geest van Bach soms lijkt rond te waren. Het centrale Andante vormt een heel poëtisch intermezzo in deze partituur vol geestdrift en frisheid. Het is bedrieglijk eenvoudig, maar zit vol schoonheid: hier een harmonische wending, daar een instrumentale uitvoering … Daarna ruimt de emotie de plaats voor de humor en de lichtheid van de derde en laatste beweging die als een attacca is opgevat. Herhaalde noten, staccato texturen, wervelende intonaties, “militaire” orkestratie (slagwerk, piccolo), verwijzingen naar de etudes van Hanon die onontbeerlijk zijn voor iedereen die piano studeert … Dat zijn maar een paar van de tools die worden gebruikt voor deze begeesterende finale.  

Een droombeeld maar geen illusie 

Nikolaj Rimski-Korsakov haalde de inspiratie voor zijn Sheherazade uit de verhalen van Duizend-en-een-nacht, die toen in Europa bekend waren in de vertaling van Antoine Galland (verschenen tussen 1704 en 1711): “Tijdens de compositie van Sheherazade heb ik me laten leiden door een programma dat bestond uit afzonderlijke episodes die geen verband met elkaar hielden, en uit taferelen uit Duizend-en-een-nacht: de zee en het schip van Simbad, het fantastische verhaal van prins Kalender, de zoon en de dochter van de koning, het feest in Bagdad en de vaartuigen die te pletter slaan op een rots.” (My musical Life.) Wie toch op zoek wou gaan naar een afgelijnd programma in de symfonische suite kreeg algauw te horen dat de componist alleen maar het universum van “het Oosten en zijn wonderbaarlijke sprookjes” wou weergeven: “In mijn suite is het vergeefs zoeken naar leidmotieven die verband houden met een bepaald poëtisch idee of met een bepaald beeld.” Zo distantieerde Rimski-Korsakov zich duidelijk van het denkbeeld van de programmatische muziek dat vooropstelt dat je met noten verhalen kunt vertellen, en droeg hij meteen ook zijn steentje bij aan een centraal debat uit de 19e eeuw.  

De verwantschap met de Sheherazade van Berlioz is waarschijnlijk veeleer in de orkestratie dan in de narratieve inspiratie te vinden. Het tweede bezoek van Berlioz aan Rusland, in 1867, had een grote indruk nagelaten op de muzikanten. Heel wat Russische werken dragen dan ook het stempel van zijn Traité d’instrumentation (verhandeling over instrumentatie , verschenen in 1844 en heruitgegeven in 1860). Rimski-Korsakov nam de fakkel met verve over, zoals blijkt uit zijn Principes van de Orkestratie, of zijn vele herorkestraties van werken van Borodin, Cui en, vooral, Moessorgski. Met de finesse, het lyrisme en de toonkleurkeuzes is de Sheherazade van Rimski-Korsakov dan ook een pareltje van de orkestrale compositie. De grote orkestrale effecten, de belangrijke rol die is weggelegd voor de percussie en de grote bezetting verhinderen de instrumenten, zoals de solofagot in de tweede beweging, niet om hun eigen stem te laten horen. Het thema van de soloviolist tegen de achtergrond van de harp dat het beeld van Sheherazade oproept en in elk van de bewegingen binnensluipt, is het opmerkelijkste voorbeeld van die kunst van de individualisatie. Samen met het viriele en duidelijk afgelijnde thema (vaak “thema van de sultan” genoemd) waarmee het werk opent en dat zich erin voortzet, maakt het de kern uit van een rapsodisch en betoverend discours. Deze partituur, die erg Russisch is in haar oriëntalisme, zou zowel in de Russische gebieden als in het Westen navolging krijgen; ineens hoor je er een toekomstige Stravinski in (die van de vroege jaren 1910), of komt de Ravel uit de tijd van de compositie van zijn Daphnis et Chloé al piepen. Dit is echt een heel “mooi prentenboek”. (Vladimir Jankélévitch). 

Angèle Leroy (vertaling: Piet De Meulemeester) 

Deze tekst werd geleend uit het programmaboekje voor het concert van het Orchestre Français des Jeunes in de Philharmonie de Paris op 8 december 2025. We danken hen. 

Orchestre Français des Jeunes

Het Orchestre Français des Jeunes (OFJ) werd in 1982 opgericht op initiatief van het Ministerie van Cultuur en leidt jonge musici uit heel Frankrijk op voor een veelbelovende carrière. OFJ brengt hen samen tijdens intensieve sessies en laat hen samenwerken met internationale en ervaren dirigenten en gerenommeerde solisten. De sessies bieden de mogelijkheid om zich te verdiepen in emblematische werken van het orkest van de 18e eeuw tot nu, samen met doorgewinterde professionals. Het OFJ treedt op in Frankrijk, in de Philharmonie de Paris, in Lille, in Dijon, op gerenommeerde festivals, maar ook in het buitenland tijdens tournees.  

Kristiina Poska

leiding

De bekroonde dirigent Kristiina Poska is sinds het seizoen ’19-’20 chef-dirigent van het Symfonieorkest Vlaanderen, sinds 2021 eerste gastdirigent van het Letse Nationale Symfonieorkest en in de zomer van 2025 begon ze als muziekdirecteur van het Orchestre Français des Jeunes. Ze studeerde koordirectie aan de Estonian Academy of Music and Theater in Tallinn en orkestdirectie aan de Hochschule für Musik Hanns Eisler in Berlijn. Vorig seizoen maakte ze haar debuut bij het Toronto Symphony Orchestra, het Colorado Symphony Orchestra en het Orquesta Sinfónica de Bilbao. 

Alexandre Tharaud

piano

Alexandre Tharaud is een zeldzame artiest: een eclectische pianist, schrijver en artistiek directeur. Zijn passie voor muziek drijft hem tot een creativiteit die zijn universum voedt, van barokmuziek tot het hedendaagse repertoire. Alexandre is een exclusief artiest bij Warner Classics. Zijn uitzonderlijke discografie, met meer dan 25 soloalbums, waarvan de meeste belangrijke onderscheidingen van de muziekpers hebben ontvangen, bestrijkt een repertoire van Couperin en Scarlatti tot Mozart, Schubert, Brahms en Rachmaninov, en de grote Franse componisten van de 20e eeuw. Hij is een graag geziene gast bij Orchestre National de France, het Finnish Radio Symphony, en het Belgian National Orchestra. Als recitalist is hij een vaste gast in de meest prestigieuze concertzalen ter wereld, waaronder Wigmore Hall, de Philharmonie de Paris, het Palau de la Música Catalana en het Concertgebouw van Amsterdam, evenals tijdens tournees in Japan, China en Korea. 

De tournee van het OFJ vindt plaats met de genereuze steun van Aline Foriel-Destezet. 

De residentie van Yan Maresz werd ondersteund door de Fondation Salabert. 

Het OFJ is sinds 2023 in residentie in de regio Bourgogne-Franche-Comté. Het wordt ondersteund door het Ministerie van Cultuur, de Fondation Orange en Yamaha. Het is lid van de raad van bestuur van de Europese Federatie van Nationale Jeugdorkesten (EFNYO) en van de Franse Vereniging van Orkesten (AFO). 

viool solo 
Nicolas Debart 
Émilie Moreau 

eerste viool 
Louis Aronica 
Gabriel Buchmann 
Vivienne Chiata 
Valentin Denis 
Gabrielle Dupont 
Dyana-Tawizett Kacimi 
Alix Lafont 
Lucia Lanuza 
Garis Laporterie 
Jacques Le Clech 
Inès Le Martret 
Norimi Lemaire 
Roman Pausanias 
Eugénie Steinmetz 

tweede viool 
Margot Baltaro 
Nina Casati 
Lucie Chantelot 
Émilie Duchemin 
Lucie Français 
Brünhilde Gris 
Amandine Lagrost 
Mael Larcher 
Lisa Maslenko 
Marion Merot 
Tina Rasamy-Manantsoa 
Amané Shiosaki 
Erwan Troubat 
Guillaume Vandenbroucque 

altviool 
Avril Bellanger 
Ines Ferreira 
Celio Francois 
Léonard Guillery 
Rémi Lemonnier 
Clara Lolive 
Naïs Metivier-Ragonnet 
Arthur Mouret 
Ambre Paraire Perron 
Édouard Pesnel 
Antoine Rambaud 
Ivan Valem 

cello 
Violette Balsamo 
Toni Catherine 
Anaëlle Couette 
Aurélien Fietta 
Titouan Hubert 
Satsuki Miyamoto 
Eugène Pâques 
Hanna Peron 
Elie Stahl-Planes 
Nathan Vassal 

contrabas 
Juliette Apparailly 
Blanche Jaupart 
Milo Marches-Saury 
Alice Petit 
Gaël Rabbe 
Manon Richard 
Arthur Stouff 

fluit 
Chloé Auvray 
Giulia Bruni 
David Fauxpoint 
Marthe Lefort 

hobo 
Julien Crougneau 
Virginie Lesage 
Sophie Regnier 
Aude Sandouly 

 klarinet 
Martin Duc 
Zéphyr Gogris 
Simon Lopez 
Sophia Marchadier 

fagot 
Noé Balmer 
Adrien Genevrier 
Éléa Goussu 
Élias Uhlmann 

hoorn 
Jonathan Alvarez 
Manuela Bianchi 
Gabriel Diaz 
Adèle Galichet 
Olivia Labèque 
Malo Mollandin de Boissy 

trompet 
Louis Fauconnier 
Clément Haeffelin 
Noé Monnet 
Charlotte Nubel 

tenortrombone 
Luca Fischer 
Élise Marcellin 
Nino Rossini-Derancois 

tuba 
Grégoire Girardeau 

harp 
Hélia Tahmasebzadeh 

percussie 
Timothée Aubry 
Laure Caumeil 
Pierre Gilbert 
Sébastien Lafosse 
Esther Lecoustey 
Damien Moschler 
Cédric Rouyer 

piano 
Julien Lespagnol 

Bozar Maecenas

Patrick Derom Gallery • Monsieur et Madame Bertrand Ferrier • Baron en Barones Marnix Galle-Sioen • Baron Xavier Hufkens • Monsieur et Madame Laurent Legein • Madame Heike Müller • Monsieur et Madame Dominique Peninon • Monsieur et Madame Antoine Winckler • Monsieur et Madame Bernard Woronoff • Chevalier Godefroid de Wouters d'Oplinter

Bozar Honorary Patrons

Comte Etienne Davignon • Madame Léo Goldschmidt

Bozar Patrons

Monsieur et Madame Charles Adriaenssen • Madame Marie-Louise Angenent • Comtesse Laurence d'Aramon • Monsieur Jean-François Bellis • Baron et Baronne Berghmans • De heer Stefaan Bettens • Monsieur Philippe Bioul • Mevrouw Roger Blanpain-Bruggeman • Madame Laurette Blondeel • Comte et Comtesse Boël • Monsieur et Madame Thierry Bouckaert • Monsieur Thierry Boutemy • Madame Anny Cailloux • Madame Valérie Cardon de Lichtbuer • Madame Catherine Carniaux • Monsieur Jim Cloos et Madame Véronique Arnault • Mevrouw Chris Cooleman •  Monsieur et Madame Denis Dalibot • Madame Bernard Darty • Monsieur Jimmy Davignon • De heer en mevrouw Philippe De Baere • Prince et Princesse de Chimay • De heer Frederic Depoortere en mevrouw Ingrid Rossi • Madame Louise Descamps • Madame Hélène Deslauriers • Monsieur Amand-Benoit D'Hondt • De heer Bernard Dubois • Mevrouw Sylvie Dubois • Madame Claudine Duvivier • Madame Dominique Eickhoff • Baron et Baronne William Frère • De heer Frederick Gordts • Baron et Baronne Pierre Gurdjian • De heer en mevrouw Philippe Haspeslagh - Van den Poel • Madame Susanne Hinrichs et Monsieur Peter Klein • Monsieur Jean-Pierre Hoa • Madame Bonno H. Hylkema • Madame Fernand Jacquet • Baron Edouard Janssen • Madame Elisabeth Jongen • Monsieur et Madame Jean-Louis Joris • Monsieur et Madame Adnan Kandiyoti • Monsieur Sander Kashiva • Monsieur Sam Kestens • Monsieur et Madame Klaus Körner • Madame Marleen Lammerant • Monsieur Pierre Lebeau • Monsieur et Madame François Legein • Monsieur et Madame Charles-Henri Lehideux • Monsieur et Madame le Hodey • Madame Gérald Leprince Jungbluth • Monsieur Xavier Letizia • Monsieur Bruno van Lierde • Madame Florence Lippens • Monsieur et Madame Clive Llewellyn • Monsieur et Madame Thierry Lorang • Madame Denise Louterman • Madame Olga Machiels-Osterrieth • De heer Peter Maenhout • De heer en mevrouw Frederic Martens • Monsieur Yves-Loïc Martin • Monsieur et Madame Dominique Mathieu-Defforey • De heer en mevrouw Frank Monstrey (urbion) • Madame Philippine de Montalembert • Madame Nelson • Monsieur Laurent Pampfer • Dr. Bram Peeters et Monsieur Lucas Van Molle • Madame Christine Perpette • Philippson • Monsieur Gérard Philippson • Comte et Comtesse Antoine de Pracomtal • Monsieur Bernard Respaut • Madame Fabienne Richard • Madame Elisabetta Righini et Monsieur Craig Finch • Monsieur et Madame Michael Rosenthal • Monsieur et Madame Frédéric Samama • Monsieur et Madame Philippe Schöller • Monsieur et Madame Hans C. Schwab • Monsieur et Madame Tommaso Setari • Monsieur et Madame Olivier Solanet • Monsieur Eric Speeckaert • Monsieur Jean-Charles Speeckaert • Vicomte Philippe de Spoelberch et Madame Daphné Lippitt • Madame Anne-Véronique Stainier • Monsieur Didier Staquet et Madame Lidia Zabinski • De heer Karl Stas • Monsieur et Madame Philippe Stoclet • Monsieur Nikolaus Tacke et Madame Astrid Cuylits • De heer en mevrouw Coen Teulings • Monsieur et Madame Philippe Tournay • De heer en mevrouw Koen en Anouk Van Balen-Stulens • Monsieur et Madame Xavier Van Campenhout • De heer Marc Vandecandelaere • De heer Alexander Vandenbergen • Mevrouw Barbara Van Der Wee en de heer Paul Lievevrouw • Monsieur Michel Van Huffel • De heer Koen Van Loo • De heer en mevrouw Anton Van Rossum • De heer Johan Van Wassenhove • Monsieur et Madame Michel Wajs-Goldschmidt • Monsieur et Madame Albert Wastiaux • Monsieur Luc Willame • Madame Danuta Zedzian • Monsieur et Madame Jacques Zucker 

Bozar Circle

Monsieur et Madame Paul De Groote • Mevrouw Greet Puttaert • De heer Stefaan Sonck Thiebaut • De heer en mevrouw Remi en Evelyne Van Den Broeck

Bozar Young Circle

Monsieur Axel Böhlke et Madame Clara Huizink • Monsieur Rodolphe Dulait • Madame Ana Fota • De heer Koen Muyle • De heer Sander Muyle Madame Valeria Onofrj  Sir Gabriel Smit Pergolizzi • Monsieur Guillaume van Doorslaer et Madame Emily Defreyne   

En onze Leden die anoniem wensen te blijven