Remember to turn down the brightness and mute your phone.

Terug naar het evenement

Tana Quartet

2 Dec.'23
- 20:00

Les Brigittines

György Ligeti (1923-2006)

Strijkkwartet nr. 1, "Métamorphoses nocturnes" (1953-1954)

Philippe Boesmans (1936-2022)

Strijkkwartet nr. 2, "Summer Dreams" (1994)

Leoš Janáček (1854-1928)

Strijkkwartet nr. 2, "Intieme brieven" (1928)

 

Tijdsduur: +/- 1u30

Concert zonder pauze

In de ogen van veel componisten had en heeft het strijkkwartet een gewichtig karakter. Het trekt aan, maar het boezemt ook ontzag in. De sobere, transparante bezetting van twee violen, altviool en cello houdt het risico in om “door de mand te vallen” – componist noch uitvoerder kunnen zich verstoppen achter effect of bluf. Zowel voor componisten als voor musici en luisteraars geldt dat de vereiste inspanning groot is. Maar als het lukt, is de beloning evenredig.  

Met de titel Summer Dreams plaatst Philippe Boesmans (1936-2022) zijn strijkkwartet op het eerste gezicht in een zachte, introspectieve, bijna lichte sfeer. Dat is echter slechts het halve verhaal. Met een breed kleurenpalet, veel nuance en grote beheersing voert Boesmans zijn zevendelige compositie naar duizelingwekkende hoogtes. Zijn ‘moderne impressionisme’ knoopt daarmee aan bij het beste van de Franse muziektraditie. Niet voor niets schreef Boesmans dit stuk voor het onvolprezen Arditti Quartet, dat met zijn buitengewone virtuositeit en immense toewijding aan de hedendaagse muziek een grote invloed had en heeft op de muziek van 20ste en 21ste eeuw. Summer Dreams speelt dan ook voluit in op de technische precisie, de souplesse en de expressiviteit van de Arditti’s.  

Door zijn uitgepuurde bezetting leent het strijkkwartet zich uitstekend tot uitgesproken abstracte muziek. Dat neemt niet weg dat heel wat componisten het genre hebben opgezocht voor uiterst persoonlijke composities. Meer zelfs: precies die geborgen context is een uitgelezen thuishaven voor verhalen die men eerder in subtiele bewoordingen dan met grote gestes wil overbrengen. Dat lijkt ook op te gaan voor het tweede strijkkwartet van Leoš Janáček (1854-1928), Intieme brieven. Het stuk heeft een duidelijke biografische insteek: de muziek werd geschreven als weerspiegeling van Janáčeks intense briefwisseling met Kamila Stösslová. De componist leerde de jonge (getrouwde) Stösslová kennen in 1917 en bleef tot het einde van zijn leven in de ban van haar. De precieze aard van hun verstandhouding is voer voor speculatie, maar het is een feit dat Janáček zich door Stösslová liet inspireren voor tal van composities. Met zijn tweede strijkkwartet schreef hij een diep emotioneel geladen stuk, met sterk geprofileerde thema’s en sferen. In de uitersten zoekt hij een expressie op die zo heftig is dat de musici buiten het bereik van hun instrumenten lijken te willen breken, met een overdonderend effect.  

Ook de jonge György Ligeti (1923-2006) koos voor een strijkkwartet om een stukje van zijn ziel te laten zien. Zijn eerste strijkkwartet, Métamorphoses nocturnes, is één van de weinige werken van voor 1956 die op zijn officiële werkenlijst prijken. In dat jaar vluchtte hij met gevaar voor eigen leven van Hongarije naar Duitsland, twee maanden na het uitbreken van de Hongaarse Opstand tegen het communistische regime. De componist droeg een gitzwarte geschiedenis met zich mee. In de Tweede Wereldoorlog had hij dwangarbeid verricht en bijna zijn hele naaste familie verloren. Nadien had het Sovjet-regime een repressieve greep gehouden op zowel het alledaagse als het artistieke leven. Tussen het einde van de oorlog en zijn vlucht naar het Westen studeerde Ligeti muziek in Budapest en gaf hij vervolgens zelf les. De muziek die hij in die periode componeerde, leunde aan bij Bartók, Stravinski en Berg. Gaandeweg begon hij zijn toenmalige manier van schrijven echter te ervaren als een doodlopend straatje. Door de barsten in de censuur probeerde hij glimpen op te vangen van de muziek die aan de andere kant van het IJzeren Gordijn werd geschreven en gespeeld. In zijn verbeelding kreeg stilaan een andere muziek vorm.  

Métamorphoses nocturnes is sterk geïnspireerd door de kwartetten van Béla Bartók, een verwantschap die zo hoorbaar aanwezig is dat de bevriende componist György Kurtág het ooit omschreef als ‘het zevende strijkkwartet van Bartók’. Ook Ligeti’s grote waardering voor de muziek van Alban Berg, en in het bijzonder diens Lyrische Suite, drukte een stempel op het kwartet. Het is een erg sprekend stuk, met een wat vreemde vorm in vele korte deeltjes. De muzikale taal laat echter niet alleen Ligeti’s muzikale wortels zien, ze bevat ook kiemen van zijn latere werk, als een soort echo van de innerlijke muziek die op dat moment alleen nog maar in zijn verbeelding weerklonk. Als een onuitspreekbaar maar voelbaarbaar verlangen ook, om de beperkingen te doorbreken van zijn compositietechniek en van systemen tout court.  

Rebecca Diependaele

Tana Quartet

Wat is de klank van het strijkkwartet van morgen? Het is om een antwoord op deze vraag te krijgen dat het Quatuor Tana in 2004 werd opgericht. Bijna obsessief verkent het viertal nieuwe klankwerelden, vaak dankzij technische en technologische innovaties – maar steeds met groot respect en kennis van het rijke verleden van het genre. Quatuor Tana is regelmatig te gast in grote concerthuizen en op prestigieuze festivals als Aix-en-Provence, Musica in Strasbourg, La folle journée, Darmstadt, Wigmore Hall, Conway Hall... Quatuor Tana heeft de integrale strijkkwartetten opgenomen van de Franse componist Jacques Lenot, van Steve Reich en van Philip Glass.