Gepubliceerd op - Christophe Slagmuylder

Great again

Als Amerika ergens groot in is (was?), dan in kunstenaars die grenzen opzoeken. Niet om ze af te schermen maar om ze te overschrijden en grensverkeer op gang te brengen. Grensverleggende kunst maakt je los van jezelf, van het alom bekende en het eigen grote gelijk. Ze spoort aan om samen de sprong te wagen. In september zetten enkele van die Amerikaanse pioniers de toon.

Dit artikel kadert in

Edito's van Christophe Slagmuylder

John Baldessari is een kind van Europese migranten. Hij groeide op in een stad aan de Mexicaanse grens in de filmstaat California. Het heeft zijn blik gekleurd. In 1970 liet Baldessari zijn kunstwerken verbranden in een crematorium. Hij wilde niet langer boring art maken en riep kunststudenten op om hetzelfde te doen. De voormalige schilder werd regisseur en scenarist van stilstaande beelden, vaak in combinatie met taal. Baldessari vertelt weerbarstige parabels die zich niet laten herleiden tot een simpele filmplot. Hoe langer hoe baldadiger barstte zijn kunst uit het rechthoekige kader. En uit het kader van wat als kunst bekend stond. Baldessari liep decennia vooruit op de beeldmanipulatie die vandaag onze beeldschermen overspoelt.

Midden jaren zestig vond Steve Reich samen met Philip Glass een nieuwe muziekstroming uit, de minimal music. Hij was verveeld met de toenmalige – atonale – muziek. Ook hij ging aan de slag met collages, niet van foto’s maar van opnames van stemmen en instrumenten. Reich liet twee taperecorders net niet synchroon afspelen. Zo ontstond er een pulse, de ideale soundtrack bij het hectische stadsleven in New York. Violin Phase (1967) inspireerde begin jaren 1980 een jonge choreografe in Brussel. Anne Teresa De Keersmaeker belichaamde speels de ritmische verschuivingen in een cirkelvormig grondplan. Om het seizoen af te trappen presenteert Bozar haar iconische solo in de rotonde van de Ravensteingalerij, tussen het Paleis voor Schone Kunsten en het Centraal Station.

Baldessari, Reich en De Keersmaeker gaven de vonk door aan heel wat kunstenaars, componisten en dansers. Ik kijk dit seizoen erg uit naar het muzikale portret van Julia Wolfe die voortbouwt op minimal music en naar de creatie van choreograaf Radouan Mriziga met de Belgian National Orchestra. Mrziga gaat aan de slag met een vroege compositie van John Adams, met een performer en de strijkers van het orkest, de architectuur, het licht en de hartslag van de stad. Artists are making Brussels great, again and again!